Het platteland is groot en daarom is er veel potentieel voor energieopwekking. Door dit slim in te zetten, ontstaat een win-winsituatie (zie ook 1. Energie uit zon & wind).
Een aantal mogelijkheden:
- Gebruik energieopwekking als alternatieve inkomstenbron voor de meest intensieve boeren. Bijvoorbeeld: melkveehouders die niet weiden, krijgen een vergunning voor een windmolen in ruil voor het inleveren van (alle) dier- of fosfaatrechten.
- Dubbel landgebruik: Nederland telt 1.860 hectare voor de teelt van zacht fruit in de open grond, zoals blauwe bessen en bramen. Deze vruchten worden vaak tegen hagel en slecht weer beschermd door plastic overkappingen, maar tegenwoordig soms ook door lichtdoorlatende zonnepanelen. Zie Zon boven fruitteelt.
- Vergunning voor panelen kunnen gekoppeld worden aan de voorwaarde voor een duurzame bedrijfsvoering met meer biodiversiteit.
- Door zonnepanelen niet op weiland te leggen, maar verticale panelen eromheen te zetten, bespaar je veel land.
- Tijdelijke zonnevelden zouden kunnen dienen om verschraalde landbouwgrond in een periode van 5 tot 10 jaar te herstellen. Onder de panelen worden bloemrijke graslanden aangelegd om het insecten- en bodemleven te ondersteunen. Als de panelen verhuizen naar een nieuw veld, geldt voor het herstelde veld een verbod voor kunstmest en pesticiden.
- Is het aantal dieren gedaald en is er ruimte in de mestkelder, gierput of silo over? Gebruik de ruimte voor warmteopslag.
- Agrarisch land is zeer geschikt voor kleine, 12 meter hoge windmolens van bijvoorbeeld E.A.Z. Wind. Deze leveren zo’n 22.000 tot 30.000 kWh per jaar, genoeg energie voor een groot agrarisch bedrijf. Deze molens kunnen rekenen op draagvlak van burgers.
- Aggregaten voor het beregenen van landbouwgrond verbruiken veel diesel, maar ze kunnen ook werken met mobiele zonnepanelen.
In 1. Energie uit zon & wind vind je meer over energie opwekken rond landbouwgrond, zoals boven fruitteelt en langs grasland.