Kantoren verduurzamen

Veel kantoren kunnen heel goed energieneutraal gemaakt worden. De overheid zou dat eigenlijk moeten verplichten voor 2030 om te zorgen dat er meer vaart in komt.

De verhouding tussen elektriciteit en warmte is bij kantoren precies andersom dan bij woningen. Dus bij kantoren wordt 2/3 tot 4/5 van de energie gebruikt voor elektriciteit, onder andere doordat er veel meer gekoeld wordt. Het omlaag brengen van de elektriciteitsvraag (verlichting, ICT, ventilatie, koeling) in combinatie met het opwekken van eigen duurzame energie zet dus de meeste zoden aan de dijk. Een dak met zonnepanelen met een groen dak eronder levert behalve stroom ook extra koeling, en het dak gaat langer mee. Dat zijn dus 3 vliegen in één klap: besparing, opwekking en een beter dak.

Voor warmte en koeling is warmte-koudeopslag (een WKO-installatie) vaak een goede oplossing. En voor kleinere kantoren kan een lucht-water warmtepomp een goede oplossing zijn. Dat levert energiebesparing op en het aardgas wordt vervangen. Wat de meest geschikte oplossing is, hangt samen met de grootte en het gebruik van het pand, maar bijna elk pand kan heel ver komen in het energieneutraal worden. Mocht het laatste stukje niet lukken, dan kan men in ieder geval klimaatneutraal worden door alleen duurzame energie af te nemen bij een energiebedrijf.

Bij de renovatie van kantoren gaan Energy Service Companies (ESCo’s) een steeds belangrijkere rol spelen. Die nemen de investeringen en vaak ook het onderhoud voor bijvoorbeeld de energie-installaties voor hun rekening. Ze krijgen een bedrag per maand van de gebruiker van het kantoor. Als het goed is, heeft de gebruiker na de aanpassingen geen of heel lage energierekening, zonder dat die zelf de investeringen hoeft te doen. Het energieneutraal maken van fabriekspanden en de industriële processen daarbinnen bespreken we bij 5. MKB & Industrie.

Elk kantoor heeft andere oplossingen nodig. Maar een lagere elektriciteitsvraag door energiebesparing op verlichting, ICT, ventilatie en koeling is bijna overal een goed idee. Zie het voorbeeld van Geelen Counterflow.

Energieneutrale gebouwen
Een van de meest opvallende en gelauwerde kantoorrenovaties is die van netbeheerder Alliander in Duiven. Het gebouw van architect Thomas Rau gebruikt heel weinig energie en heeft een hoog comfort. Dankzij de zonnepanelen en het gebruik van grondwater voor warmte-koudeopslag is het gebouw CO2-positief en voorziet het in de eigen energiebehoefte. De overcapaciteit gaat naar omliggende bedrijven uit het samenwerkingsverband Stichting Groene Alliantie. Het meest bijzonder aan het gebouw is dat het circulair is gerenoveerd: de materialen van het oude pand zijn veelal hergebruikt voor het nieuwe. Thomas Rau is ook de architect die daarna het pand van de Triodosbank in Zeist energieneutraal en zo veel mogelijk circulair heeft gebouwd. Triodos zegt daarover: “Het innovatieve ontwerp is gebaseerd op principes uit de circulaire economie en biomimicry. Dat betekent bijvoorbeeld dat het ontwerp en de productie van materialen zijn gebaseerd op structuren uit de natuur. En dat het gebouw remontabel en modulair is en gemaakt van duurzame en hergebruikte materialen. Verder is het energieneutraal dankzij de toepassing van warmte- en koudeopslag en het gebruik van zonnepanelen. De groene daken op het kantoor hebben een isolerende en verkoelende werking en zijn bovendien insectvriendelijk. De daken vangen regenwater op dat een nuttige bestemming krijgt, zoals voor het doorspoelen van toiletten en bewatering van het landgoed.” Het pand is al 4 keer bekroond.

Bijzondere oplossingen

School krijgt duurzame warmte uit horizontaal ondergronds buizenstelsel

Oplossingen zoals warmte-koudeopslag en water-water warmtepompen gaan verticaal de grond in. Maar je kunt ook horizontaal ‘warmte oogsten’ met een buizenstelsel in de grond op minstens 1,5 meter diepte, vorstvrij. Voor een pand met 100 m2 oppervlak is er 200 m2 tuin of sportveld nodig. Basisschool de Blokwhere in Volendam heeft met steun van Stichting Duurzaam Waterland een bodemlussensysteem gekregen waar water doorheen loopt. Een warmtepomp onttrekt warmte aan het water in de lussen en verwarmt daarmee de klaslokalen. ‘s Zomers kan het systeem koelen, dit scheelt veel aardgas.

Door het onttrekken van warmte aan de bodem bestaat de kans op uitkoeling (bevriezing) van de bodem. Om dit te voorkomen, moet je de bodem(bron) ‘regenereren’. Dit gebeurt door ’s zomers het gebouw te koelen en warmte uit het gebouw via heatpipes of zonnecollectoren in de grond te brengen. Dit maakt het systeem betrouwbaar en voorspelbaar. Het is een efficiënt systeem (de SPF is ± 4). Hiermee (en met regenereren) is zo’n 25 watt per m2 uit de grond te halen.

PowerNest voor zonne- en windenergie op flats en andere hoge gebouwen

De PowerNest van IBIS Power is een constructie voor boven op hoogbouw, zoals een flat of kantoor, die duurzame energie maakt uit zowel wind als zon. De turbine draait al vanaf een windsnelheid van 2 meter per seconde. Technisch zou dat pas bij 3 meter per seconde zijn, maar de constructie van de lamellen en de plaatsing over de dakrand laten hier hun gunstige effect zien. De beveiliging schakelt de turbine uit bij meer dan windkracht 6. De opbrengst is afhankelijk van de locatie, met name het windgebied.

In totaal levert een PowerNest pal aan de kust ongeveer 30 MWh per jaar op, en in bijvoorbeeld Breda 20 MWh. De opbrengst van zonnepanelen is daarbij min of meer gelijk; de opbrengst uit windenergie verschilt.

Een PowerNest van 7,2 x 10,8 meter met 40 zonnepanelen van 295 Wp kost circa € 55.000 en zou in Scheveningen in ongeveer 8 jaar terug verdiend zijn.