De broers Ammerlaan uit Pijnacker zijn van huis uit kwekers van tropische potplanten. Maar sinds ze aardwarmte produceren, hebben ze er onbedoeld een verwarmingsbedrijf bijgekregen. Als The Green Innovator verduurzamen ze nu een stukje Zuid-Holland. En ze helpen iedereen met hun kennis, vertelt Léon Ammerlaan.

Hoe werkt aardwarmte?

‘Vanaf 2.200 meter diepte pompen we zout water van 78°C omhoog. Een warmte­wisselaar geeft de warmte daaruit af aan een verwarmings­systeem met zoet water. Het afgekoelde zoute water gaat terug naar beneden, waar het weer kan opwarmen.’

Waarom hebben jullie hiervoor gekozen?

‘Rond 2008 verviervoudigde de gasprijs binnen een halfjaar. Zonne-energie was geen optie, want we hebben verwarming nodig, geen elektriciteit. En een snel­groeiend productie­gewas heeft CO2 nodig, onze planten niet. Zo kwamen we uit bij geothermie. TU Delft had daarvoor de rechten op dit gebied. We besloten tot samen­werking, maar toen de TU het boren uitstelde, zijn we het zelf gaan doen, als eerste sierteelt­kweker in Nederland, na een tomaten­kweker. In 2010 was de installatie klaar.’

Hoe heeft dat uitgepakt?

‘Toen het doublet door tegenslag stil kwam te liggen, moesten we investeren in een 2e. Dat ging in 2019 in productie. De capaciteit daarvan is 3 keer zo groot, dus de CO2-besparing is opgelopen tot 25.000 ton per jaar. Ik geloofde én geloof erin, ondanks de tegenslagen. Je moet het gewoon dóén, niet gaan zitten wachten. Naast de stabiele energie­prijs is duurzaamheid onze drijfveer. We verkopen planten die CO2 consumeren en het binnen­klimaat reguleren, vooral in kantoren. Al jaren doen we alles biologisch en duurzaam.’

Is jullie initiatief dan wel een succes?

‘Jazeker. We hadden veel warmte over, dus hebben we een school, een sport­centrum, een zwembad, ruim 75 hectare kassen van 28 kwekers en 543 appartementen aangesloten. Ze betalen minder dan de gasprijs. Wij leggen alle installaties aan. De aanvragen blijven komen. Hopelijk volgt in 2024 de aansluiting op de Warmterotonde, een warmtenet waar een groot deel van Zuid-Holland in één klap mee verduurzaamt.’

Onze kennis delen we. Dat hoort bij de tuinbouw. We gooien elkaars valkuilen dicht.

Jullie zijn dus een ander soort ondernemers geworden.

‘Klopt, we runnen nu 2 bedrijven: één in aardwarmte en één in potplanten. In het traject heb ik veel geleerd wat je op geen enkele school leert. Nu ik veel met de gemeente en de overheid aan tafel zit, kijk ik anders naar deze instellingen. Zonder samen­werking kom je er niet. Je hebt iedereen nodig: overheden, kennis­instellingen, collega’s noem maar op. Allemaal leren we hiervan. Onze kennis vermarkten we niet, die delen we. Dat hoort bij de tuinbouw, in onze sector gooien we elkaars valkuilen dicht.’

Daar kunnen andere sectoren nog wat van leren.

‘De tuinbouw­sector is sowieso onder­belicht. Die voldoet allang aan de duurzaamheids­criteria. Als bedrijf zijn wij ook te bescheiden. Bij een tuinbouw­prijs in China waar duurzaamheid een criterium was, werden we 3e van de wereld, na een bedrijf dat personeel door­betaalt bij ziekte en een bedrijf dat water hergebruikt. Wij deden dat al járen, maar ja, dat hoort niemand. En in 2020 hebben we de EZK Energie Award gewonnen.’

Kassen gaan straks de steden verwarmen.

Zijn alle kassen in 2030 van het gas af?

‘De geclusterde kassen wel, maar voor verspreid liggende is aansluiting op aardwarmte te duur. Ik voorzie een andere ontwikkeling: straks liggen de kassen om de stad heen als leverancier van warmte, elektra en duurzaam gekweekte groente en planten. Dat kan in de hele wereld.’

Leon Ammerlaan van the Green Innovator
Foto: Rosa van Ederen